Skip to main content

Messenproblematiek en jongeren is een issue in Rotterdam, mede omdat daders en slachtoffers steeds jonger lijken te worden. In 2019 verdubbelde het aantal steekincidenten met minderjarige verdachten in Rotterdam en omgeving ten opzichte van 2018 (36 tegenover 19). Ook blijkt uit cijfers van Bureau Halt dat het aantal rechtszaken voor verboden wapenbezit in de provincie Zuid-Holland tussen 2016 – 2019 is gestegen met 88%. Niet mis dus. Rotterdam wil dit met de campagne Geweldig Rotterdam aan de orde stellen. Met als doel over anderhalf jaar de messenproblematiek onder Rotterdamse jongeren verminderd te hebben.

 

Het is een vraagstuk dat nuancering, verdieping en een bredere kijk op jongeren verdient. Kern is dat jongeren messen kopen en dragen, en dat maakt de stap naar daadwerkelijk gebruik gemakkelijker. Maar waarom doen ze dat? Er is een bredere context. Geweld in de dagelijkse werkelijkheid en de media heeft een prominente plaats. Met name op sociale media lijkt geweld te worden genormaliseerd. Met maatschappelijke onrust als gevolg. De problematiek raakt in die zin aan meerdere ‘doelgroepen’. De jongeren zelf (daders, slachtoffers, omstanders), ouders, onderwijzers en jongerenhulp. Ook het maatschappelijk middenveld met professionals, politie en Openbaar Ministerie, politiek, opinieleiders en media en tenslotte de samenleving (burgers) als verontrust geheel.

[ld_spacer height=”25px” md_height=”55px”][ld_images_group_element image=”5531″ margin=”bottom_small:10px”][/ld_images_group_element][ld_images_group_element image=”5533″ margin=”bottom_small:10px”][/ld_images_group_element]

Zorgen over messenbezit en -geweld onder minderjarigen is daarom niet vreemd. Nieuwsmedia besteden ruim aandacht aan het fenomeen. Het lijkt vormen van een ‘trend’ aan te nemen, waarbij de stad onveiliger lijkt en jongeren agressiever.

 

Jeroen van den broek, criminoloog, werkzaam bij JOZ en partner in onze campagne, zegt dat het steekwapengeweld onder jongeren niet één oorzaak heeft. “Om het messengeweld op een gedegen manier aan te pakken, is het verstandig het confronterende gedrag, te beschouwen als een verzameling deelproblemen in plaats van als één groot probleem”.

Onze campagne heeft daarom twee kanten: Geweldig Rotterdam, gericht op partners, stakeholders en andere belangstellenden waarvoor we een ‘paraplu-boodschap’ en handvatten ontwikkelen voor een (zoveel als mogelijk) steekwapenvrij Rotterdam. Partners die op een gedegen manier samenwerken, vanuit een overkoepelende strategie, waarbinnen genoeg ruimte is om de zelf gebaande paden verder uit te diepen en uit te breiden.

 

De andere kant richt zich op jongeren zelf, en betrekt hen erbij. Dat is essentieel om met hen in eigen taal en via hun media en symboliek te communiceren. En oog te hebben voor hun specifieke situaties. Ook hiervoor is een groot netwerk van professionals en onderzoekers nodig.

 

De jongeren waarover we het hebben, zijn vaak slachtoffer van multi-problematiek: het gezin, de sociaaleconomische status, de schoolresultaten, etc. Sociale media spelen een cruciale rol in het proces van de normalisering van wapens.

Hoewel wetenschappelijk onderzoek vaak aantoont dat drill-rapmuziek hiervan niet altijd de oorzaak is, is het wel zo dat de frequente aanwezigheid van messen op sociale media bijdraagt aan de normalisering van messen en geweld in het (wereld/straat-)beeld van jongeren en vervolgens tot onveiligheidsgevoelens in de samenleving (en bij jongeren zelf).

Eén van de oorzaken hiervan is de samenleving die vaak geen idee heeft waarmee jongeren bezig zijn en wat ze bezighoudt.

 

‘Messen’ zijn, zo lijkt het, onderdeel van een breder maatschappelijk probleem: een resultaat van een dieperliggende vervreemding, ontheemding en argwaan vanuit de jongeren, en, misschien nog wel belangrijker, vanuit de samenleving naar de jongeren. Die kloof is groot en moeten we dus zien te dichten. Als we dat met zijn allen doen, verminderen we niet alleen de messenproblematiek maar verbeteren we ook de beeldvorming over en weer en verminderen we de heersende vooroordelen.

 

Dit kan niet met een ‘opgeheven vingertje’. De rode draad is daarom het inzetten op de kracht en ervaringsdeskundigheid van jongeren uit de doelgroep. Als we de eigenwaarde, het eigen toekomstbeeld kunnen beïnvloeden, zetten we een goede stap. Een uitreikende, behulpzame hand is daarbij noodzakelijk, en ook het bieden van perspectief. Hiervoor is de aanpak ‘Jij doet ertoe: Rotterdam heeft jou nodig’ die we met, voor en door jongeren ontwikkelen. Parallel aan Geweldig Rotterdam.

 

Tenslotte: sociale media. Jongeren zitten er uren per dag op. Het spreekt daarom voor zich dat de aanpak grotendeels daar wordt uitgerold. Dit zal onder andere gebeuren onder de expertiseleiding van mediawetenschapper Roel Lutkenhaus en de sociale media infrastructuur van JOZ en radiozender FunX. We gaan werken met influencers en rolmodellen en zullen waar mogelijk ook ouders betrekken. Onze paraplu-aanpak biedt alle partners en stakeholders de mogelijkheid om een bijdrage te leveren onder ‘eigen vlag’ met eenzelfde verhaal dat door iedereen wordt verteld. Want oplossen van een probleem dat ons allen aangaat, doen we samen. (zie voor meer info het artikel van Roel)